UPC moet de komende drie maanden benutten om met de gemeente Spijkenisse en omliggende plaatsen tot een contractherziening te komen. Verder mag het kabelbedrijf de tarieven voor het standaardpakket kabeltelevisie en -radio dit jaar niet verhogen.
Dat heeft de rechtbank in Rotterdam bepaald in een kort geding.
Net als de andere kabelexploitanten Casema en Essent, wil UPC één landelijk tarief voor alle gemeenten waar de onderneming actief is. “Voor de inwoners van Bernisse, Brielle, Hellevoetsluis, Ridderkerk, Rozenburg, Spijkenisse en Westvoorne kwam dat neer op verhogingen van 39 tot 85 procent”, zei Jaap Doeleman van advocatenkantoor Houthoff Buruma. Hij sprak namens de gemeenten die het kort geding aanspanden. Daarnaast wilde UPC het bestaande contract aanpassen. “Nu staat erin dat de
gemeente zeggenschap heeft over tariefaanpassingen. Dat is niet meer van deze tijd, omdat we daar een nationale toezichthouder voor hebben”, stelde een woordvoerder van UPC.
De UPC-zegsman vertrouwt erop dat UPC en de gemeenten er aan de
onderhandelingstafel wel uitkomen. “Bij de een duurt het wat langer dan bij de ander, maar tot dusver zijn we er prima uitgekomen.” Daarbij verwees hij naar de schikking die UPC deze maand trof met achttien gemeenten in de omgeving van Eindhoven. De Stichting Combivisie, die de belangen van de abonnees in die gemeenten behartigt, ging akkoord met een prijsverhoging in ruil voor meer kanalen in het pakket. (ANP)