De Raad voor Cultuur heeft grote twijfels over de taak van de Wereldomroep. Dat blijkt uit het advies van de Raad aan staatssecretaris Van Bijsterveldt (OCW) over het beleidsplan van de Wereldomroep. De Raad signaleert dat de Wereldomroep weinig harde cijfers levert over zijn bereik.
Als het om de uitzendingen via de korte golf gaat, begrijpt de Raad voor Cultuur dat wel, omdat dat onderzoek duur is. Maar het digitale bereik zou wel goed te meten moeten zijn. De gegevens zouden duidelijkheid kunnen verschaffen over nut en noodzaak van de huidige rol van de Wereldomroep, vindt de Raad. De Wereldomroep moet onder meer Nederlandstaligen in het buitenland informeren, een realistisch beeld van Nederland in het buitenland verspreiden, en landen met een ‘informatieachterstand’ voorzien van onafhankelijk nieuws.
Voor de eerst genoemde taak werkt de Wereldomroep al nauw samen met de binnenlandse publieke omroep, door onder meer de (nieuws)programmering over te nemen.
De tweede taak, het verspreiden van een realistisch beeld van Nederland, zou volgens de Raad kunnen vervallen, omdat er op internet genoeg informatie te vinden is. Bij de derde taak, het verspreiden van onafhankelijke informatie, vraagt de Raad voor Cultuur zich af wat de Wereldomroep onderscheidt van bijvoorbeeld Deutsche Welle en BBC World Service en andere organisaties zoals Al Jazeera en RT (het vroegere Russia Today). Als uit nader onderzoek blijkt dat de Wereldomroep echt onderscheidend is, zou de omroep zich tot deze taak kunnen beperken.
