Wouter van der Goes denkt dat Q-music de nummer twee of drie positie onder de radiostations kan halen. Dat zegt hij vandaag in de Telegraaf. “Laat ik vooropstellen dat Q-music lekker draait. We doen het redelijk in de doelgroep 20-34 jaar, de merkbeleving bij de luisteraars is goed, de zender straalt een bepaald gevoel uit. Ik vergelijk het wel eens met Coca-Cola, ook zon feel good-merk. Er valt nog wel wat te winnen op het gebied van marktaandeel. We hoeven niet de grootste te worden, maar nummer twee of drie zie ik wel als een haalbare positie.”
Van der Goes begint in september als programmadirecteur bij de commerciële radiozender. Ook gaat hij als dj aan de slag. “Wat en wanneer ik zelf bij Q ga presenteren, weet ik echt nog niet. In elk geval niet de middag, want dat doet Menno Barreveld prima en ik heb er ook de tijd niet voor. Misschien iets ergens in de ochtend, of op vrijdagmiddag.
Volgens Van der Goes telt Nederland slechts drie dj’s die er daadwerkelijk toe doen. “Giel Beelen, Edwin Evers en Ruud de Wild. Die maken echt het verschil voor een station. De rest is ook goed, maar die drie zijn de top. Dat ze veel verdienen vindt hij niet erg. “De markt bepaalt je waarde en Edwin, Giel en Ruud verdienen dat ook terug voor de stations waar zij werken. Altijd dat gezeur door mensen die niet zo veel krijgen maar het ook niet verdienen. Dat moet maar eens afgelopen zijn.
Voor Q-music heeft Wouter van der Goes een aantal nieuwe namen in gedachten. “Bekende namen. Er moeten meer dj’s komen, maar ik kan nog niet zeggen wie dat zullen zijn.
Wouter zegt ook dat zijn banden met Q-music al ver terug gaan. “Erwin Deckers was vroeger dj bij het Belgische radiostation Donna. In 1999 kwam hij een keer kijken bij Radio Veronica, waar ik Goud van Oud presenteerde. In plaats van een uurtje bleef hij een halve dag, we bleken zeer geinteresseerd te zijn in elkaars werk. Erwin raakte vervolgens betrokken bij de oprichting van Qmusic in België en later ook in Nederland en we spraken elkaar zo nu en dan. Enkele maanden geleden gaf hij me te kennen dat twee landen echt te zwaar voor hem werden: drie dagen per week vanuit België naar Hilversum rijden is niet echt een pretje. Kortom: hij trok het niet meer en of ik hem wilde helpen. Na een aantal gesprekken, heftige, lange sessies, maar wel leuk, kreeg ik er steeds meer zin in. Vooral ook omdat me duidelijk werd dat ik me niet superstrak aan de in België opgestelde regels moest houden. Ik ben niet aangenomen om op het huis te passen, al moet ik van Q-music natuurlijk geen metalzender willen maken.