De Eerste Kamer is gisteren op de laatste vergaderdag voor het zomerreces zonder te stemmen akkoord gegaan met de aanpassingen van de Mediawet. De fracties van PvdA, SP, ChristenUnie en SGP vroegen aantekening om aan te geven dat als er een stemming zou hebben plaatsgevonden, zij tegen zouden hebben gestemd.
De regeringspartijen CDA en VVD beoordeelden de aanpassingen op hun eigen merites zonder zich uit te spreken over plannen van de regering over een geheel nieuw omroepbestel dat vanaf 2008 zou moeten gaan functioneren. D66 verwelkomde de door staatssecretaris voor Cultuur en Media mevrouw Van der Laan (D66) voorgestelde aanpassingen als een eerste stap op weg naar dat nieuwe bestel.
PvdA-senator mevrouw Witteman verdedigde de tegenstem van de PvdA vooral met een beroep op de verslechterde arbeidsomstandigheden van de omroepmedewerkers. De voorgenomen plannen voor een geheel nieuw bestel van de regering werpen volgens haar hun schaduw vooruit. De PvdA-senator vroeg waar in de nieuwe bestuursstructuur plaats is voor de professionals, de mensen die de programma’s moeten maken. Zij meende dat de omroepvoorzitters zijn ‘kaltgesteltt’ en veronderstelde dat straks als een konijn uit de hoed’ het plan zal verschijnen om de omroepverenigingen op te heffen. Overigens is de PvdA in de senaat wel voor het verdwijnen van de verzuiling uit het omroepbestel. Woordvoerder Witteman verweet de regering dat zij juist resten van de verzuiling wil handhaven, bijvoorbeeld in de vorm van het College van omroepen.
Senator Van der Lans van GroenLinks signaleerde twee grote ontwikkelingen die van invloed zijn op de toekomst van de publieke omroep: de commercialisering en de digitalisering. Naar de mening van Van der Lans is de centrale vraag of de klassieke dragers van het publieke bestel, de omroepverenigingen, op deze ontwikkelingen een adequaat antwoord kunnen geven. Volgens GroenLinks is het antwoord op deze vraag ‘nee’.