Het Commissariaat voor de Media gaat middelen zoeken om ‘haatzaaiende’ radio- en televisiezenders in Nederland te verbieden. Daarbij werkt het samen met het ministerie van OCW en het openbaar ministerie. Onderzocht wordt hoe de Mediawet en het Wetboek van Strafrecht moeten worden gewijzigd om deze satellietzenders te kunnen weren ‘uit de Nederlandse huiskamer’. Dat schrijven de ministers Remkes (Binnenlandse Zaken, VVD) en Donner (Justitie, CDA) in de ‘Tweede Voortgangsrapportage terrorismebestrijding’ die gisteren in de ministerraad is behandeld.
Volgens beide ministers is het onmogelijk om alle radicale en terroristische uitingen via internet en satellietzenders te weren. Toch willen zij dat ook politie en justitie bij opsporing en vervolging internet en satellietzenders nauwlettend in de gaten houden. Niet alleen als het gaat om radicaal-islamitische uitingen, maar ook links- en rechts-extremistische uitingen.
Afgelopen maart sommeerde het Commissariaat voor de Media het Nederlandse satellietbedrijf New Skies om te stoppen met het doorgeven van de Libanese zender Al-Manar, dat geen uitzendvergunning had. Die zender wordt beschouwd als spreekbuis van de radicaal shi’itische beweging Hezbollah. Een woordvoerder van het Commissariaat liet toen weten dat de zender niet kon worden verboden op grond van de inhoud van de programma’s. “Dat is een zaak van wetgeving en een taak voor het openbaar ministerie.”
Donner kondigt aan dat hij nog deze maand een wetsvoorstel in procedure zal brengen waarin hij verheerlijking, het vergoelijken of het ontkennen van ernstige terroristische misdrijven strafbaar wil stellen. Dat moet volgens hem de samenleving wettelijke bescherming bieden tegen publieke uitlatingen die ‘de grenzen van het toelaatbare hebben overschreden’. Behalve strafbaarstelling van dergelijke publieke uitingen wil Donner het ook mogelijk maken om bijvoorbeeld imams of godsdienstonderwijzers uit hun ambt te ontzetten als zij zich schuldig maken aan het aanzetten tot haat, geweld of discriminatie bij het uitoefenen van hun beroep. (NRC)